Tegenover elke vrouwelijke bestuurder staan nog steeds zes mannen. Deze kop in de Volkskrant (29 januari 2024) maakt me verontwaardigd. Verontwaardigd en tegelijkertijd strijdlustig.
Werk aan de winkel
Er is dus nog veel werk te doen. Het lijkt soms wel of er steeds meer werk te doen is. We komen dus langzaamaan iets meer in de top, zo lees ik in het artikel. `Langzaam’. Willen we niet, kunnen we niet of mogen we niet vraag ik me af. Of is het een combinatie van die drie?
Soms zijn er mannen die niet begrijpen dat ik me bezighoud met female empowerment. `Jullie zijn er toch al?’. Het verbaast me dat ik soms moet uitleggen welk werk er nog te doen is, op welke gebieden er nog veel winst te halen is. Dat er nog tal van gebieden zijn waar de vrouw blijkbaar niet telt of meedoet.
Fix the system
Deeltijdwerk zou een belangrijke oorzaak zijn voor het achterblijvende aantal vrouwen aan de top. Vrouwen werken gemiddeld 28 uur per week. Schokkend vind ik dat wij vrouwen 10 uur per week meer bezig zijn met huishoudelijke taken (blijkt uit onderzoek van de SER). Tja, en als je mee wil doen in het bedrijfsleven, dan is een werkweek van 50 uur toch wel de norm. Zie daar een uitdaging. Een uitdaging voor de vrouw, of voor de maatschappij? Moet die vrouw zich aanpassen als ze carrière wil maken of moeten we (ook) de maatschappij veranderen. Fix the system? Ik stel opnieuw de vraag, `willen we niet, kunnen we niet of mogen we niet?’.
Eindeloze discussie
Ik zie vriendinnen die na een zwangerschap kiezen voor parttime werken aangezien de partner meer verdient dan zij. Hoe komt het trouwens dat die partner meer verdient, vraag ik me dan af? De kans om hogerop te komen en een managers titel te krijgen zijn kleiner de norm een werkweek van 50 uur is, begrijp ik. Ligt het aan de vrouw? Of ligt het aan onze maatschappij. Het lijkt soms een discussie waar je niet uitkomt. Ik word altijd blij als ik vrouwelijke ondernemers tegenkom in management rollen die parttime werken. Het is dus mogelijk.
Ik lees verder in het artikel. `De besturen van grote Nederlandse bedrijven bestaan voor slechts 14,7 procent uit vrouwen. Zelfs in ‘vrouwelijke sectoren’ als de zorg zijn mannen nog altijd sterk oververtegenwoordigd.’ Ik vraag me dan altijd af hoe je met een dergelijke niet diverse populatie tot een goede besluitvorming kunt komen in die besturen.
Foto: Lianne Dekker