Mensen die alleen de buitenkant van het ondernemerschap zien, denken wel eens dat ik maar een mooi leventje heb. Ze lezen de artikelen in de krant en zien hoe ik schijnbaar van het ene evenement naar het andere ga. Natuurlijk ben ik vaak op pad, overdag én ’s avonds, met een mooi schoon pak aan en met m’n innemendste glimlach. Hoewel ik altijd erg van dit soort bijeenkomsten geniet, kan het ook zwaar zijn.
‘Loop maar eens twee weken met me mee’, is altijd mijn antwoord als iemand er iets van zegt. Vergis je niet: ondernemen is keihard werken. Het is bloed, zweet en tranen. Het lijkt allemaal heel glitter en glamour, maar dat is onze marketing. Buitenkant. Alles in dienst van het grote doel: een succesvol merk opzetten en doorontwikkelen. Maar voordat je op zo’n feestje kunt verschijnen, moet je al wel iets gepresteerd hebben.
De juiste mentaliteit
Als wij vroeger een vacature hadden voor een marketeer, kregen we wel 600 sollicitaties. Zo aantrekkelijk leek het veel mensen om bij ons te werken. Wij moesten altijd maar hopen dat degene die overbleef, opgewassen bleek te zijn tegen de werkdruk en verantwoordelijkheid. We hebben zelfs een keer onze eigen editie van Idols georganiseerd, geïnspireerd op het televisieprogramma dat destijds populair was. We hebben bij die gelegenheid de overgrote meerderheid van die 600 sollicitanten langs laten komen in het voetbalstadion van NAC.
We hadden alle businessunits afgehuurd. De leden van het management, maar ook mensen als Tonny Eyk, Cas Spijkers en andere vertrouwelingen, hebben alle kandidaten ontvangen en een korte intake gedaan. We hadden voor entertainment gezorgd en allerlei culinaire verrassingen voor de kandidaten klaarstaan. Zo’n groot evenement maken van een sollicitatieprocedure had nog nooit iemand gedaan: wij hebben echt ontzettend ons best gedaan om de beste kandidaat te vinden en er een bijzonder en spraakmakend evenement van te maken, inclusief een groot pr-offensief.
Soms leveren zulke acties wel een aantal goede kandidaten op, maar ik heb door schade en schande geleerd dat ik altijd het best kan vertrouwen op de mensen die lang bij ons blijven. Ik werk al jaren samen met een hechte club van dezelfde mensen, van wie ik weet dat ik op ze kan bouwen. Zij zijn essentieel voor mijn functioneren. Betrouwbaarheid en de juiste mentaliteit zijn ongelooflijk belangrijk.
Topsport
Je hebt in feite een topsportmentaliteit nodig. Doorzetten heb ik geleerd toen ik tijdens mijn studententijd in Utrecht bij Kampong in het eerste team hockeyde. Voordat ik naar Utrecht ging, speelde ik al in het eerste bij hockeyclub Breda, in de hoofd- en overgangsklasse. Toen ik overstapte naar Kampong, kwam ik terecht bij wat toen de beste club van Nederland was. Daar liepen echt geweldenaren rond: Tom van ’t Hek, de niet lang geleden overleden Paul Litjens, André Bolhuis. Het was een team met tien internationals. Ik kon best goed hockeyen, maar om hun niveau te benaderen, moest ik waanzinnig hard trainen. Ik liep vooraan bij de Coopertest en waar mogelijk deed ik extra trainingen.
Als ondernemer heb ik veel gehad aan het doorzettingsvermogen dat nodig was om de internationals van Kampong bij te benen. Net als in het hockey heb je talent nodig om ondernemer te kunnen zijn. Ondernemer ben je, of je bent het niet. Je kunt er wel beter in worden, maar je kunt het niet leren. Ik zou nooit een goede tekenaar hebben kunnen worden, of een topvoetballer. Dat zit niet in mij, hoe hard ik er ook voor zou trainen. Maar dat wil niet zeggen dat ik er niet alsnog keihard voor heb moeten werken. Net als topsporters moeten je er duizenden uren aan besteden om je gave ten volle te kunnen benutten.